Surfing El Salvador - Reisverslag uit San Salvador, El Salvador van Kees Linden - WaarBenJij.nu Surfing El Salvador - Reisverslag uit San Salvador, El Salvador van Kees Linden - WaarBenJij.nu

Surfing El Salvador

Blijf op de hoogte en volg Kees

03 Januari 2013 | El Salvador, San Salvador

Met een knallende hoofdpijn rol ik uit de bus, teleurgesteld dat ik bij de grensovergang van Guatemala en El Salvador geen stempel heb gekregen. Wanneer ik uit de bus stap bonkt mijn hartslag zo hard in mijn hoofd dat ik voor een moment denk dat mijn hart is verhuisd. Mijn linkeroor vangt in de verte de verkopende groenteman op terwijl mijn rechteroor niks produceert behalve pijn. Die oude dikke kwakzalver in Guatemala Stad heeft mijn oor dan wel leeggespoten met een vooroorlogse spuit, zijn druppels werken niet en de pijn neemt ook niet af.

Na een uur van hot naar her te zijn gestuurd word ik door een aantrekkelijke dame een bus ingeroepen met de vraag of ik naar El Tunco moet. Ik knik opgelucht en met een vriendelijke lach bedank ik haar voor de redding. Een uur met drie tassen in de hete middagzon doe je niet voor je lol. En al helemaal niet met een hoop contanten op zak die je net uit de muur hebt getrokken.

De bus komt langzaam op gang en ik kijk in mijn tas wat ik te eten heb. De vijf uur durende busrit van hoofdstad naar hoofdstad heeft er voor gezorgd dat ik flink honger heb gekregen. Net voordat ik in Guatemala Stad de bus in ben gestapt heb ik aan de overkant van de straat nog vlug een fles water en broodjes gekocht. Ik trek de plastic zak met broodjes open en zet de fles water aan mijn mond. We hobbelen met een lekker gangetje de snelweg op, omgeven door oorverdovende trucks met bananen en hout. De mensen in de bus wiegen van links naar rechts en de buschauffeur wenkt de mensen met driftige handgebaren dat ze van de weg af moeten. Het reizen in bussen is een storm aan prikkels, er is altijd wel iets wat je aandacht opslokt. Zijn het geen kippen, geiten, verkopers of schoolkinderen die je aandacht hebben dan is er wel een aantrekkelijke latina waar je als Europese man verlekkert naar kan gaan zitten kijken. Nee, dat reizen met een goedkope bus is zo gek nog niet.

Na een uur stap ik in Puente del Libertad over op de 80, de bus die mij naar Playa El Tunco moet brengen. Ik zit rustig voor mezelf uit te kijken als ik Marleen ontmoet, een dame die toevallig ook naar El Tunco moet. We hebben het over de standaardonderwerpen die je bespreekt wanneer je iemand nog niet kent en voordat ik het weet moet ik me al op gaan maken om uit te stappen. Samen met Marleen loop ik door de enige echte straat die El Tunco kent en ik stap mijn hostel binnen voor de komende week. Ik check in en installeer mezelf. Het is ondanks het late tijdstip nog aardig warm en ik ben blij wanneer ik word verlost van mijn rugzakken. Samen met Marleen eet ik een hapje om de hoek en het duurt niet lang voordat ik in mijn bed lig.

De volgende dag ben ik vroeg wakker door de warmte op de kamer. Ook de airconditioning schijnt op vakantie te zijn en weigert dienst. Ik hijs mezelf in mijn zwembroek en ga naar het strand. Het zwarte zand is heet en ik loop wat ongemakkelijk door het mulle hete zand. Wanneer het zeewater het zand van mijn voeten afspoelt voel ik mijn voeten kriebelen en met mijn hand als een zonneklep boven mijn ogen tuur ik over het strand. Verschillende surfers trotseren de wilde golven en in de branding liggen wat oude vellen de sinaasappelhuid bij te bruinen. Ik en Marleen worden vergezeld door Thomas, een Noor die ook in onze slaapzaal ligt. We besluiten met zijn drieën morgen te gaan surfen en ik ben razend enthousiast om na Mexico weer eens wat golven te pakken. Het zoute zeewater trekt enorm aan en opgewonden lopen we alle drie het strand af zonder te hebben geïnformeerd naar les of een board.

De volgende dag doen we boodschappen omdat we beschikken over een keuken. Na de French Toast in Belize heb ik niet meer gekookt. In het hostel staat een grote bakplaat en wanneer ik het idee opper dat we die maar moeten vullen met aardappeltjes heeft iedereen meteen zin in het avondeten. We brengen de rest van de dag door op het strand en ik koop in een surfshop een vreselijk strak shirt wat ik mooi aan kan doen tijdens het surfen. Mijn oor gaat maar niet over en de druppels helpen ook niet erg.

De volgende dagen bestaan uit niets anders dan surfen en lui in een hangmat hangen met een boek. Het einde van de wereld is vandaag en na het eten gaan we met zijn drietjes een bar in. 's Middags hebben we van een koppel uit El Salvador gehoord dat er vanavond een optreden is van een goede reggaeband en al snel zitten we met een biertje op de kade voor de bar, sterren kijken en wachten op de band. Thomas en ik schakelen al snel over op de lokale rum/cola en de band begint te spelen. We dansen als debielen en de geweldige gitaarspeler vermaakt ons tot diep in de nacht. Na tien keer het allerlaatste nummer stoppen ze dan toch echt met spelen en na een goed avondje dansen liggen we alledrie op bed.

Omdat de wereld toch niet vergaan is liggen we de volgende dag weer op het strand. Omdat mijn oor niet over gaat besluit ik te stoppen met surfen en de volgende dag met zijn drieën te gaan shoppen in een groot winkelcentrum in San Salvador. De rest koopt een surfshirt en ik koop antibiotica als laatste redmiddel voor mijn oor. Grote dikke pillen moeten er voor zorgen dat ik an mijn oorproblemen af kom en na twee dagen slikken wordt het al beter. Wanneer mijn oor open gaat ben ik door het dolle heen.

Kleine dingen maken het leven mooi. Vooral kleine mensen. De volgende dag ga ik in de morgen boodschappen doen en op de terugweg stap ik in een bus vol opa's en oma's en een grote groep schoolkinderen. Nieuwsgierig als de kinderen zijn word ik bestookt met vragen over mijn reis en hoe ik aan van die rare ogenkom. Ze hebben vanmorgen op school leren tellen in het Engels en samen oefenen we van één naar twintig en al snel hangen er tien kinderen om me heen om te luisteren. De zon schijnt door de openstaande ramen en de muziek knalt lekker uit belabberde boxen in de bus. We rijden voor twintig minuten en met een vrolijk gevoel leun ik met mijn hoofd tegen het raam. Mijn tassen vol boodschappen en een paar leuke dagen in het vooruitzicht. Ik stap uit de bus en ik word vrolijk uitgezwaaid vanuit de bus. Kleine dingen.

De dagen erna drinken we elke avond gezellig wat in het hostel en Marleen vertrekt naar Guatemala. Dezelfde avond komt Tessa aan en na een knuffel kletsen we bij over de afgelopen dagen. Ik heb Tessa ontmoet in Flores en door het sturen van berichtjes wist ik dat ze op weg was maar El Salvador. Met de wetenschap dat ze ook op reis is naar Panama hoop ik dat we samen ook Nicaragua gaan verkennen maar voordat het zo ver is surfen we eerst nog twee dagen. Gelukkig dat mijn oren het weer doen prop ik er elke keer een prop papier in met vaseline zodat er geen water in komt. Ik stap over van een relatief klein board op een nog kleiner board; een bodyboard. Met een paar vinnen en een hoop adrenaline in je lijf lig je op een klein board, achtervolgt door een grote donderende golf die op het punt staat je op te slokken en je op het strand weer uit te spugen. Thomas en ik zijn verslaafd aan het principe en na twee dagen zijn we compleet uitgeput en klaar voor de grootste reis tot nog toe. Op naar Nicaragua.

Het is vier uur in de morgen en ik kan mezelf niet herinneren wanneer ik voor jet laatst zo vroeg mijn bed ben uitgekomen. Na een snelle douche en het eten van de laatste sneetjes brood met chocopasta slinger ik samen met Thomas en Tessa de tassen op de rug. Om half vijf staan we al langs de weg en wanneer de lichten van de bus naar San Salvador de bocht om komen hebik nog geen flauw idee wanneer ik in Nicaragua aankom. We nemen een plaats achter in de bus en de koude lucht geeft kippenvel op mijn armen. De bus verscheurt de stille nacht en het licht vult de duisternis die voor ons ligt. Het enige wat vandaag zeker is, is dat het geen plezierig ritje wordt en dat het hectisch wordt. Na een uur stappen we uit in San Salvador, de hoofdstad van El Salvador, en nemen we een taxi naar de terminal waarvandaan bussen vertrekken naar de grens met Honduras. De terminal is groot en wanneer we om kwart over zes het terrein opdraaien met de taxi lijken de conducteurs als hyena's uit de Leeuwenkoning op ons af te rennen. Met stofwolken bij het afremmen krijg ik amper de mogelijkheid om uit te stappen en wanneer de brutaalste de klep van achterbak open wil maken ben ik hem voor. Met een flinke zet duw ik de man weg en een vuile blik moet mij van mijn apropos krijgen. Mis. Met een handgebaar maak ik duidelijk dat ik niet gediend ben van dergelijke 'vriendelijkheden'. Vriendelijkheid heeft hier een prijs, vaak met een hoofd van een dode president erop.

Onze tassen verdwijnen in de laadruimte van een grote touringcar en wanneer ik de vrieskoude cabine instap heb ik al spijt dat ik in een korte broek zit. Drie uur zit ik met mijn handen tegen het raam omdat de zon het raam verwarmt. De airco blaast koud op mijn lijf en stijf en koud kom ik de bus uit. Ik strek mezelf uit en na een minuut gaat de trui al uit. Warmte, eindelijk. De zon brandt flink en met zijn drieën lopen we richting de busterminal op weg naar een wc, een broodje en de volgende bus. Na wat verse cake van een banketbakker en een blikje cola light stap ik in de bus naar Amatillo, de grensplaats waar we eindelijk Honduras in kunnen. Na voor de grens een keer te moeten overstappen komen we eindelijk aan bij de grens. Immigratie verloopt soepel en wanneer we de brug overlopen, altijd een goede grensovergang, is het al bijna twaalf uur en loopt het kwik al snel richting de dertig graden. De grensbewaking van Honduras blijkt strenger te zijn en wanneer ik mijn tas opengaat verdwijnt mijn pot chocoladepasta in de zak van de douane. Niet dat er iets verkeerds inzit, nee, meneer eet graag chocoladepasta. Ik ook. Alleen hij heeft een mooi apenpakje en een groot geweer. Eetsmakelijk dan maar Meneer Geweer.

Na onze drinkvoorraad aan te hebben gevuld springen we in de volgende bus die ons brengt naar een overstapplaats in het oosten van Honduras. Honduras is vrolijk versierd en de mensen zijn oprecht geïnteresseerd in de reis die je aflegt. Met wat praatjes en een overstap sta ik binnen de kortste keren weer aan de grens. In de bus worden we zowaar opgelicht door de conducteur en wanneer de lokale mensen in de gaten krijgen dat we worden opgelicht komt de bus in opstand tegen de conducteur. Met open mond en een totaal gevoel van blijdschap kijk ik naar het tafereel dat zich afspeelt vlak voor mijn neus. De conducteur blijkt nooit te hebben opgelet bij Rekenen en geef ons anderhalve dollar te weinig terug. We krijgen onze dollar uiteindelijk terug na een hoogoplopend gesprek tussen drie locals en de conducteur. Bij het uitstappen van de bus druk ik de man die als eerste opkwam voor onze belangen vijf dollar in zijn hand en ik groet hem hartelijk. Wanneer hij mij vragend aankijkt zeg ik dat hij maar een biertje moet kopen in de kroeg vanavond. Nog nooit op mijn trip ben ik zo onder indruk van de goede wil van een lokale bewoner.

De grensovergang verloopt stroef en vermoeidheid begint zijn tol te eisen. De Hondurese immigratie maakt er een potje van en wanneer we dan ook nog worden lastig gevallen val ik uit tegen een van de mobiele wisselkantoren die zelfs na een kwartier nog opdringen. Opdonderen. Rot alsjeblieft een teringeind op. In het Spaans. Eindelijk, hij begrijpt het. Een glimlach van de Immigratie zegt mij genoeg en we lopen met onze tassen weer verder. Weer een brug. Echt dat gevoel dat je het ene land verlaat en het andere toetreedt. De wandeling blijkt verder te zijn dan we dachten en blij lopen we het kantoor van de Nicaraguaanse Immigratie binnen. Onze blijdschap vergaat snel wanneer het geven van stempels een kwartier duurt per paspoort en we moeten rennen voor de laatste bus naar Leon. Leon, Nicaragua. Ons eindpunt. Eindelijk.

Na twee uur in de allerlaatste bus komen we aan in Leon en na een korte taxirit lopen we om negen uur 's avonds het hostel binnen. Zestien uur reizen, twee taxi's, acht lokale bussen en twee grensovergangen later val ik kapot op mijn bed. Vermoeid maar met een gevoel van onoverwinnelijkheid drinken we twee biertjes in het restaurant en eet ik een groot bord spaghetti. Die Nicaraguaanse rum met Oud en Nieuw gaat smaken. Zeker na vandaag!

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Kees

Hola amigos, compañeros, conocidos y otros lectores, Ik wil jullie graag via deze weg op de hoogte houden van mijn reiservaringen die ik op ga doen tijdens mijn backpackreis door Latijns-Amerika! Na een half jaar in Costa Rica te hebben gewoond wordt het nu eindelijk tijd om terug te gaan! Ik zal proberen om zo veel mogelijk verhalen te gaan schrijven, mocht ik daar natuurlijk voor in de gelegenheid zijn! Mochten jullie nog vragen hebben; vanderlindenkees@hotmail.com Saludos y Pura Vida! Kees

Actief sinds 09 Okt. 2012
Verslag gelezen: 827
Totaal aantal bezoekers 21462

Voorgaande reizen:

15 Oktober 2012 - 09 April 2013

Backpacken door Latijns-Amerika!

Landen bezocht: